verkaveling
Het plan bevindt zich aan de rand van de nieuwe wijk de Aker in Amsterdam Osdorp. De huurwoningen liggen aan weerszijden van een lange straat. Om de straatlengte op te delen zijn de woningen gegroepeerd tot blokken met een kop en staart. De kop is de 5-kamer  woning, de staart wordt gevormd door de reeks 4-kamer eengezinswoningen. De koopwoningen zijn gegroepeerd in rijtjes van 4 aan autovrije straatjes. Van hieruit is er uitzicht op landelijke bestaande bebouwing aan de Zuiderakerweg en de Ringvaart. De verkaveling doet zowel recht aan de bezonning van tuin en huis, als aan de betekenis van de straat. De tuinen liggen zoveel mogelijk aan de zuidkant van het huis. In de brede straten liggen alle voordeuren, terwijl aan de achterzijde smalle straten zijn.

Bij de huurwoningen loopt de rode bakstenen onderbouw door in de tuinmuren en komt terug in de gevel van de vijfkamerwoning als kop van het rijtje. De verdiepingen hebben een houten gevelbekleding van western red cedar, grijs gebeitst, en een zwart pannen-dak. Door de zogenaamde schegvorm van de bovenbouw wordt de individuele woning herkenbaar.
De woning zelf is extreem smal, 4,20 m breed maar wel diep. Van binnen is de woning zo ruim en ruimtelijk mogelijk gemaakt. Ruim is de extreem grote (slaap)kamer op de eerste verdieping van ongeveer 20 m2, met extra hoogte, zodat deze kamer voor meer dan alleen slapen geschikt is. Ruimtelijk wordt de woning door een vide ter plaatse van de trap: in de hal op de eerste verdieping sta je in een 4 tot 5 m hoge ruimte, open naar de overloop op de 2e verdieping. Dit plan is door de stedelijke woningdienst Amsterdam in 1997 uitgeroepen tot voorbeeldplan betaalbare kwaliteit.

Bij de koopwoningen is binnen een strakke ordening een min of meer landelijke uitstraling nagestreefd. De rode bakstenen onderbouw loopt door in tuinmuren, daarop staat een houten bovenbouw van western red cedar, blauw grijs gebeitst, met een rood pannendak. Door het schuine dak is de bezonning van de tuin en de kamers optimaal. Binnen deze opzet zijn een aantal verschillende types ontwikkeld die verschillen wat betreft de indeling van de begane grond. Type A is de meest voorkomende, met de tuin achter het huis. Type B is de afwijkende waar aan de straat het zogenaamde TUINHUIS ligt, dat gebruikt kan worden als extra kamer of atelier. De tuin ligt bij dit type binnen de woning tussen het grote en het kleine huis.
De woning is 6,30  m breed. Op de begane grond bevindt zich een verkeersgebied dat compact is, zodat woonkamer en keuken zo groot mogelijk kunnen zijn. De begane grond met zijn grote maten heeft een grotere verdiepingshoogte. De woonkamer ligt direct aan de tuin. Het schuine dak is binnen de woning ruimtelijk uitgebuit: hoge kamers, hoog licht. Op de eerste verdieping in de grote hal ervaar je de dubbele hoogte: door de vide op de 2e verdieping kijk je tegen de schuine kap aan. Deze ruimte is te gebruiken als speelhal of studieplek. Via het hoge raam in de scherpe punt kijk je tevens overhoeks, langs de buren, de straat in.